dinsdag, juli 25, 2006

Die nacht, in Oostende

Muziektrack van de dag: 'Dancing In The Sheets' - Shalamar

De trouwe lezers van dit weblog weten het: vroeger was ik een platenruiter, ik jongleerde met vinyl als met frisbees, op drie Technics platendraaiers tegelijk. 'Way back in the nineties' op een d.j.-contest de wereldvermaarde prijs als 'beste d.j. van de Vlaamse Jeugdhuizen' gewonnen. Achteraf gezien was dat wellicht mijn moment suprême, de bekroning op jaren noeste dienst in zweterige 'd.j.-booth's.'Bijna vijf jaar hield ik het vol, bijna elk weekend, toen Jeugdhuis De Kim nog zo'n 300 man wist te trekken op een zondagnamiddag.

De tijd van echte vrije radio's meegemaakt, waarin programmamakers geen 'format's' hadden, die nu elk programma in dezelfde dwangbuis met commercials dwingen. Ik ben schatplichtig aan een generatie die muziek draaide op de illegale zendmast van Radio Noordzee, waardoor 'de flikken' elk moment konden binnenvallen. Pionierswerk om de 'airwaves' te heroveren op de toen door de overheid streng gecontroleerde radio- en tv-uitzendingen.

Onze leuze was: 'The air belongs to the people.'
En daarmee stapte ik in de voetstappen van mijn illustere voorbeelden: de rebelse tiener in 'Pump Up The Volume' (een schitterende 'coming of age' film) en Barry Champlain, de zuur pissende presentator van 'Talk Radio' (vlijmscherpe socio-kritische prent van Oliver Stone) die vermoord werd door een luisteraar. Zo hebt u ondertussen weer twee films om aan te kruisen onder de categorie 'te bekijken'.


We voelden ons revolutionairen in de geest van 'Radio Veronica' die van op een schip in internationale wateren Nederland bestookten met vrijgevochten en onafhankelijke radio, waarin de draak werd gestoken met maatschappelijke kwesties. Veronica is nu een ultra-commercieel tv-station geworden, verworden tot het ergste van wat eerst werd bestreden: de noodzaak om het maatschappelijk bestel onafhankelijk in vraag te stellen, om erger te voorkomen.

Ah mensen, ik draaide op '100-dagen', 'in het West-Vlaams dialect beter gekend als 'hoedjesdag' en dat om jawel, 7 uur 's morgens ter opwarming van de losgelaten studenten, maar ook in een zomerdiscotheek te Oostende (het nu verloren gegane 'Griffins'), op trouwfeesten ter lande, op studentenfuiven in de Overpoort te Gent, met als hoogtepunt het Liquidrom te Berlijn.

Nu draai ik enkel nog deuntjes voor mijzelf en vrienden. Maar het nachtleven liet zijn schade na: ik lijd nog steeds aan 'insomnia' (slapeloosheid) al is dat nu om andere redenen, en bijtijds overvalt mij de drang om in het midden van de nacht muziek te draaien. Als een junkie op zoek naar vinyl, cd's, schuivers op het mengpaneel met als doel: het publiek opjutten.

En gelukkig ken ik nog hier en daar nog een overlevende uit het revolutionaire tijdperk die nog steeds aan knopjes zit te draaien. Dan stap ik daar binnen in het holst van de nacht, op zoek naar een krocht waar mensen wil dansen en opgezweept worden.

D.j. zijn is niet te onderschatten: je kunt je concentratie géén moment verliezen of je mixen lopen in de soep en de 'vibe' is een delicaat gegeven. Timing: daar gaat het allemaal om, de juiste plaat op het juiste moment, naadloos aaneengesmeed tot één groot crescendo, tot het dak erafgaat.

De zomerperiode is het ideale moment om mijn verslaving te onderhouden: er is altijd wel een oudgediende die een rustpauze kan gebruiken, of de occasionele inzinking krijgt na elke nacht geconfronteerd te worden met een meute toeristen en elke nacht dezelfde 'crowdpleasers' te moeten draaien. Daar maak ik dan uiteraard dankbaar gebruik van, voor 'de leute' van nog één keer het mengpaneel te bedienen en te scharten in platenbakken en cd-rekken.

Ik doe het nu enkel nog voor de lol, als onbezoldigde vrijwilliger en wanneer destijds de uitdaging eraf was ben ik het wijselijk gestopt. Een d.j. die enkel nog voor het geld draait, dat voel je, de 'drive' is weg. Het is zoals zovele andere dingen: wanneer mensen hun levenskeuzes worden bepaald aan de hand van financiële belangen, wordt de geest ALTIJD geknakt. Zonder geld trouwens ook.

Laat mij u iets vertellen over de Engelsen die aanspoelen in Oostende: ja, ze zijn lawaaierig, ja ze zijn veelal dronken, ja ze kunnen agressief zijn, maar ook ja, ze weten zich ongegêneerd over te geven aan 'de vibe'. Ze zijn een zeer dankbaar en expressief publiek, in tegenstelling tot het Belgische publiek die vaak als houten indianen dansen, alsof ze een borstelsteel in hun kont hebben.

Nu, daar stap ik dus binnen want ik ken de d.j., met bij mij een pakketje keurig uitgezochte nummers. Mijn selectie 'grand cru's', zeg maar. De sfeer is er op dat moment al aardig opgewarmd en de d.j. laat mij de eer om zoals weleer ze naar een kookpunt te jagen. Ik steek een audiocasette in een deck om de festiviteiten op te nemen, ik draai de knop uit van de platendraaier waardoor de plaat langzaam tot stilstand komt: zo heb je meteen het volle pond aandacht, en een stilte inbouwen kan soms de meest strategische zet zijn vooraleer het geweld terug losbarst. De massa begint onrustig te worden en uiteindelijk te joelen:

'One more tune, one more tune, one more tune.'

Ik onderga in enkele seconden de gedaanteverwisseling van schuchterige observator tot extraverte d.j.

En ik adresseer het publiek door de micro:

- 'Hey, did you come here to fall a sleep, or do you want to party?'
- 'Party, party, party' (enkelingen scanderen het, klinkt niet overtuigd)
- 'I DID NOT HEAR YOU: DID YOU COME HERE TO FALL A SLEEP, OR DO YOU WANT TO PARTY?'
- 'PARTY, PARTY, PARTY' (de meute klampt aan bij de enkelingen, het koor groeit)
- 'NOW I WANT TO HEAR YOU SAY IT ONE MORE TIME: FALL A SLEEP OR PARTY?'
- 'PARTY, PARTY, PARTY, PARTY, ...' (de kuddegeest zet in, de bak is er klaar voor)

Hopla, en ik start 'Dancing with myself' van Billy Idol MAAR bewust op 33 toeren met de pitch op +8, terwijl een single normaal op 45 toeren wordt gedraaid. Hierdoor krijg je een zeer langzame maar begeesterende en opzwepende 'riff' (voor de oningewijden: een 'riff' is een ritmische repetitieve 'loop').

De vergaarde partygangers beginnen en masse mee te klappen op de trage, maar gebiedende dreun. Dat noemen ze in radio middens 'een intro', een smaakmaker voor het crescendo. En ik voel het, ze zijn er klaar voor, ik voel mij als vanouds de ringmeester, klaar om het spektakel te laten beginnen. Ik voel mij op slag 15 jaar jonger.

Een meisje, begin de twintig kijkt mij strak aan, niets is zo erotiserend als macht. In dit geval macht om een keet uit zijn dak te laten gaan. En ik kijk haar aan en start 'Dancing In The Sheets' van Shalamar. Een 'funky mellow' partyklassieker om de massa op temperatuur te brengen. De opzet slaagt, de kadans trekt als een golf door het bijeengepakte publiek.

Ze dansen, zij danst, ik dans, zij kijkt, ik kijk.

'You and I should be dancing in the sheets', zingt Shalamar.

En ik herinner mij terug waarom ik in allereerste instantie d.j. werd: om vrouwen te versieren. Wat destijds ook redelijk goed lukte, en vanavond misschien ook, zo denk ik.

Die nacht, in zwoel en zweterig Oostende.