'De Man', meer specifiek het heteroseksuele specimen heeft de laatste decennia zwaar aan credibiliteit moeten inboeten.
Waar in het beginnende industriële tijdperk, eigenschappen zoals 'een goede kostwinner', 'aandacht hebben voor vrouw en kinderen', 'trouw', 'niet aan de drank zitten' wellicht op het verlanglijstje van menig vrouw t.a.v. hun partner voorkwamen, zijn de huidige eisen van het vrouwelijk geslacht t.a.v. mannen exponentieel toegenomen. Onder de noemer 'de nieuwe man' is het voorgaande lijstje aangevuld met een flinke dosis inzet in het huishouden en kwaliteiten die historisch voornamelijk aan vrouwen werden toegeschreven.
De nieuwe 'Beaujolais' man is bij voorkeur een goed verdiener met een standvastige job, die naast de besoignes van zijn carrière ook een strijkijzer weet te hanteren en die 's avonds na een belastende werkdag zich volledig heroplaad voor vrouw en kinderen.
Vrouwen mogen dan vaak argumenteren dat er van hen beide wordt verwacht, de realiteit is dat tot enkele decennia geleden de man-vrouw taken als een ongeschreven regel werden opgesplitst.
De man waagde zich elke dag in de arbeidsjungle om toespijs voor op de boterham te verzamelen, de vrouw zette 's avonds de toespijs op tafel voor man en kinderen. Beide geslachten hadden als het ware hun specialisatie en die taakverdeling vulde elkaar naadloos aan.
Waar de vrouwen slaaf waren van aanrecht en vuile onderbroeken, daar was de man loonslaaf. Het laatste wordt immers vaak vergeten want het aanrecht en de onderbroeken moesten immers betaald worden. Om de één of andere reden werd het ene als minderwaardig t.o.v. het andere beschouwd: huisvrouw zijn is wellicht de meest ondergewaardeerde job ooit, op korte afstand gevolgd door prostituée.
Nog maar enkele jaren geleden ontstond er een klein schandaaltje van politieke incorrectheid toen prinses Mathilde nogal vrijpostig durfde toegeven dat ze graag om 16u wou thuis zijn om haar baby te zien. Zo'n uitspraak paste duidelijk niet in de opgedrongen tijdsgeest waarin kinderopvang wordt verondersteld zo'n verlangen overbodig te maken.
De toetreding van de vrouw tot de arbeidsmarkt heeft de taakindeling danig gewijzigd, tegenwoordig moeten zowel vrouw als man:
a) carrière maken of op zijn minst over een tamelijk stabiele job beschikken
b) aan alle stijgende verwachtingen van de werkgever voldoen om het eerste te kunnen bestendigen
b) voorzien in huishoudelijke taken
c) aandacht hebben voor elkaar en de kinderen
De man in gans dit verhaal kwam er voor feministen vaak tot op het absurde af uit als 'de onderdrukker' , waarin een man zich bijna beschaamd diende te voelen omdat hij een penis had.
Vrouwen moesten plots ook rechtop kunnen pissen.
Maar nu vrouwen ook een aantal decennia een meer gelijke toegang krijgen tot de carrièremarkt, begint voor hen misschien een andere realiteit en meer inlevingsvermogen in de mannelijke psyche te dagen. Misschien is het zich dagelijks in de jungle begeven, wedijver voor promoties, stress om de werktaken zo efficiënt mogelijk te vervullen, dan toch niet het verhoopte plezier en de vrijheid waar vrouwen op zaten te wachten.
Waarom zou je overigens als man de zaken niet willen omdraaien en verlangen om dagelijks in je cocon te kunnen blijven bij de kinderen en in huishoudelijke taken te voorzien tot je vrouw 's avonds thuiskomt met het spek?
Gepaard met de verworvenheden van de consumptiemaatschappij (g.s.m.'s, internet, digitale televisie, ...), is paradoxaal ook de vrijheid afgenomen. Beide partners moeten zich nu op de arbeidsmarkt begeven om alle (vaak psychologisch en / of praktisch opgedrongen) luxe te bekostigen en daarboven moet er ook nog aandacht voor het huishouden en de kinderen zijn, bij voorkeur in gelijke mate door beide partners.
Een huisgezin die stelt over geen g.s.m.'s of een computer met internettoegang te beschikken, zal voor onderontwikkeld doorgaan.
De vrouw of man die actueel moedig durft toe te geven dat zijn of haar carrièrebesoignes ontegensprekelijk ten koste gaan het aantal uren dat ze direct contact hebben met hun kinderen, die zal wellicht te horen krijgen dat ze meer aan 'quality time management' moeten gaan doen: een woord uitgevonden door arbeidspsychologen en managers in loondienst van multi-nationals.
Evenredig met de luxe is ook de behoefte aan slaap- en kalmeermiddelen gestegen. Het budget dat op jaarbasis wordt uitgeven door particulieren aan chemische middelen om een storende gemoedstoestand te wijzigen is HOGER dan er wereldwijd wordt uitgegeven aan educatie. Ook het aantal leningen onder particulieren is fors gestegen om te kunnen blijven voldoen aan de levensstandaard, uiteraard tot groot jolijt (en de overwinning) van producenten.
Waar de ultraliberalen het natuurlijk nooit over hebben: rationeel gezien zullen door automatisatie en informatica het aantal jobs (per hoofd) blijven afnemen. Uiteraard zullen er verschuivingen zijn van handarbeid naar 'kennis' jobs maar één informaticus kan een heel netwerk beheren, terwijl er vroeger voor dezelfde taken een legertje klerken zouden nodig geweest zijn. Terwijl het drukproces vroeger een zaak was van arbeidsintensieve letterzetting kan de gemiddelde drukker nu méér woorden uitbraken en afprinten dan een korps letterzetters samen. Het korps letterzetters wordt echter niet vervangen door een evenredig aantal hoofden informatica, hard - en softwareproducenten. Softwarepaketten worden ontwikkeld door slechts een hele kleine fractie van het aantal arbeidskrachten die men nodig zou hebben wanneer de software er niet was.
De flexibiliteit van de mens kent ook grenzen: een persoon die voornamelijk op 'doen' is afgesteld, daar maak je geen intellectueel van of omgekeerd. Terwijl de vuilnisophaalman vaak een fractie verdiend van bvb. een bankmanager, vergeet men gemakkelijkheidshalve dat zonder de vuilinisophaalman in de kortste keren de ratten vrij spel zouden hebben.
De moderne mens wordt geregeerd door abstracte concepten die voornamelijk uit economische besoignes worden opgelegd van financieel vermogende partijen. Inherent aan de gelijke toetreding van beide seksen op de arbeidsmarkt is ook de werkloosheid toegenomen. Wanneer er meer personen zich kandidaat stellen voor een job, dan is een grotere groep werklozen uiteraard het gevolg. Jobs nemen nu éénmaal niet toe omdat het aantal kandidaten stijgt. Een groot aantal kandidaten is dan weer positief voor werkgevers die meer eisen kunnen stellen en tegelijk de loonkost kunnen drukken: de wet van vraag en aanbod gebiedt nu éénmaal dat je aan een legertje sollicitanten meer eisen kunt opleggen dan aan enkelingen.
Maar vooral: is het nu dit wat de moderne vrouw verlangde? Een man met een identiteitscrisis die voornamelijk te horen krijgt dat hij te weinig aandacht besteedt aan het huishouden, zijn partner en / of de kinderen, maar van wie er tegelijk ook wordt verlangd dat hij op alle eisen van de werkgever ingaat om toch maar een trapje hoger in de pikorde te stijgen? Ook t.a.v. vrouwen gelden nu dezelfde eisen: de nieuwe man ontslaat de nieuwe vrouw niet van haar aandeel in carrière en huishouden want dan zou er als het ware een omgekeerde discriminatie ontstaan.
En oh wee, als je als vrouw, net zoals prinses Mathilde zou durven toegeven dat je toch vooral verlangd om 16u thuis te zijn voor de kinderen.
Of is het dan toch niet zo plezierig in de arbeidsjungle dames? Is loonslaaf zijn te verkiezen boven het slaaf zijn van aanrecht? Beide seksen hebben immers hun offers gebracht in de indeling van hun levenstijd, maar wellicht schortte er voornamelijk iets aan de waardering van de beide seksen t.o.v. elkaar.
Of komt op termijn de 'oude man' die zich voor vrouw en kinderen dagelijks in de carrièrehel stortte en er in ruil van zijn vrouw warme maaltijden, propere onderbroeken en een onderhouden huis voor verwachtte weer in de mode?